Goh, waar moet ik nu beginnen met mijn verhaal? Op zo’n nacht gebeurt er wel het één en ander, dat maakt Torhout ook zo speciaal voor mij. Daar het voor mij de allereerste echte wandeltocht was vorig jaar toen ik de wandel microbe te pakken kreeg.
1. De tijd
Ik denk dat dit wel het meest in het oog springende kenmerk van deze Nacht is. Een verbetering van tijd van 1 uur. Dat lijkt mij heel veel en toont mijn progressie aan die ook tijdens de trainingen naar voren is gekomen de voorbije weken – maanden.
Met een gemiddelde snelheid van 5,7 km / uur over zo’n een afstand is echt wel goed (euh super) te noemen.
Het begon pas bij Loppem duidelijk te worden dat ik heel goed aan het stappen was. Dan begin je te rekenen in je hoofd. Nog zo’n afstand te gaan aan ongeveer die snelheid …. Dit is echt wel een gevaarlijk moment. Hierdoor kan je jezelf over een heel korte tijd / afstand verbranden door overmoedig te worden.
Ik wist heel goed dat de terugweg naar Torhout nog een aantal venijnige stukken had. Zoals die karreweg in de laatste 5 km waar het vorig jaar misgelopen is bij mij. Daar is een stuk van een tractor spoor waar je letterlijk je voeten op breekt. Die dan overgaat in een strook waar je amper de stap ruimte hebt, je moet als het ware gaan koorddansen. Dan voel je elke plek aan je voeten waar het pijn doet.
Gelukkig voor mij was ik mentaal nog sterk genoeg om hier op dat moment mee om te gaan. Zal wel met de adrenaline te maken hebben van een supertijd / superwandeling.
2. De start.
Net zoals vorig jaar, heb ik serieus gevloekt de eerste 4 kilometer. Iedereen vertrekt samen in Torhout. Als je zoiets nog nooit gezien heb dan is dat wel de moeite. Alle wandelaars (42 en 100 km)staan samen geperst in een kooi en bij het startsein is het een jachtige bedoening. Je moet willens – nillens mee met de stroom rondom jou. En laat dat nu niet mijn ding zijn. Je wordt verplicht een cadans te nemen die niet de jouwe is.
Na de eerste controlepost in Groenhove is het deelnemersveld al uitgesmeerd over een lange afstand en heb je iets meer ruimte om te bewegen en je eigen ritme te gaan opzoeken.
3. Flandrien weertje
Tijdens mijn stappen was het op vlak van temperaturen ideaal stap weer. Niet te koud, niet te warm. Wel heel veel wind, maar die kwam grotendeels in de rug, enkel bij het keerpunt in Loppem nu en dan stukken op kop, maar op zich wel verwaarloosbaar in afstand. Op veel momenten de bomen en gebouwen kunnen opzoeken om zoveel als mogelijk de wind te kunnen ontlopen.
Ik denk dat heel veel geluk gehad heb deze nacht. Na mijn aankomst in de vroege ochtend moet de temperatuur een serieuze val gedaan hebben. Waardoor het echt koud is gekomen. Ik merkte dit toen ik rond 6:30 vanuit de Sporhal De Mast vertrok naar het station.
Wel doorheen de nacht enkele fikse regenbuien te verwerken gekregen. Daar het buien zijn, is het telkens de twijfel ga ik nu de cape uithalen of is de gewone regenjas genoeg? Dan stel je die beslissing uit en meestal is dat ook de goede zet. Het waren maar fikse buien.
Me wel 1 keer laten vangen en dan toch de cape uitgehaald en een gevecht geleverd met dat ding om goed over mij heen te trekken, daar de wind erin speelde. En 100 meter verder was de bui over. Dan vloek je wel eens heel diep. Dan mag je het ganse ritueel in omgekeerde volgorde uitvoeren. Cape af, oprollen en in rugzak steken, fluo jasje van rond de schouderband terug afwrikken en aandoen en rugzak er terug boven ….
Een goede sneldrogende broek doet wonderen, 5 minuten later voel je niet meer (en is ze ook niet meer) dat ze nat geweest is.
4. De voeten
Ik heb geen blaren gezien bij het uitdoen van de schoenen, wel de gebruikelijke verharde plekken aan de voeten. Ken ze al vanbuiten. Zal toch eens moeten op zoek gaan hoe ik dat kan oplossen en voorkomen tijdens de Dodentocht dit jaar. Het zijn heel pijnlijke plaatsen aan de voeten.
5. Na de aankomst
Telkens weer opnieuw stel ik vast dat bij het aankomen je van het ene op het andere moment een terugval krijgt. Plots kan je niet meer doorstappen en ga je voetje voor voetje vooruit. Het zal te maken hebben met het koppeke (psychologie) die zegt ‘nu mag het kalmer aan’ en laten je hersenen de pijnprikkels uit de benen en de voeten volledige door en worden ze niet meer onderdrukt. Het ligt niet aan mij, als ik de aankomst zie van de anderen is het net hetzelfde.
6. … en nu?
Nu eerst genieten van de glansprestatie van de voorbije Nacht. Daarna is er terug volop werk aan de winkel. Met terug veel trainen, gericht op de langere afstanden. De gemaakte progressie nu proberen vast te houden tot aan Bornem.
Torhout is het voorgerecht, nu komt het hoofdgerecht ‘Bornem’.